Over de Yoni van Bambi en of dat al dan niet een gewaardeerde minderheidsgroep is.

Waarom zouden de beesten van het bos in Godsnaam een hert als koning kiezen? Heeft iemand daar eigenlijk al eens bij stilgestaan? Een beer, een slang, misschienzelfs een vos. Maar een hert? Is het omdat Bambi tot een minderheidsgroep behoorde dat Disney hem tot koning van het bos kroonde? Wilde hij de jonge kijker duidelijk maken dat iedereen koning kan worden, zolang je maar hard werkt? Bon, het is nu niet dat ik er ‘s nachts niet van kan slapen maar ik vraag het me toch af. Geloof mij, er zijn hier al veel vreemdere gesprekken gevoerd.
Zoals het feit dat de vrouwen hun maandstonden ‘their moon’, noemen en hun vagina een ‘yoni’. Neen, geen zwanske. Ik heb mijn ogen al meermaals uit mijn hoofd gerold en mijn buikspieren in kramp gegiecheld. Serieus, kunt ge het u voorstellen? “Not tonight baby, my yoni is not feeling good. I think my moon is coming”. Dan liever mijn vodden of tante Rosa. Er is zelfs een term voor de vrouwen die deze zweverige taal aanhangen, ze noemen zichzelf ‘godesses’ (roloog). De maan als teken van vrouwelijkheid, de Godin staat centraal en ze zijn enorm natuur-gericht. Behoorlijk wicca-achtig.

Bon, waar ik het eigenlijk over wil hebben is waardering. Efkes nen toer van 180 graden. Sinds ik hier ben heb ik al heel wat boeiende individuen leren kennen, al waren dat voor de meerderheid mensen die hun eigen realityshow verdienen vanwege de hoge entertainmentfactor. Een van de meest inspirerende mensen die ik hier al tegenkwam is Ricky Roberts III, een van de beste vrienden van den boyfriend. Ricky schrijft zelfhulpboeken, wacht even voor ge met uw ogen draait, is net een vzw begonnen en doet regelmatig ‘talks’ voor scholen en gemeenschappen. Nu moet ik eerlijk toegeven dat mijn beeld van zelfhulpboeken zich beperkt tot Dr. Phill, Chakra’s voor Dummies en Oprah. Dus ik stond misschien niet zo open voor zelfhulpboeken. Tot ik op een frisse morgen een van Ricky’s boeken in mijn handen kreeg. Heel open spreekt hij over zijn jeugd, zonder geëngageerde ouders, skateboarden en het leven in de straten van Florida. Nu leidt hij de vzw’You Are Valued’. Hij vertrekt vanuit zijn boeken, die allemaal gaan over leren loslaten, geven, ontvangen, waardering voor anderen, enz. Het klinkt behoorlijk zweverig maar de manier waarop Ricky schrijft is ontzettend toegankelijk en met twee voeten op de grond. Alsof je met een van de maten eens een filosofisch gesprek hebt tussen pot en pint. Ga maar eens kijken op zijn website(you are valued) . In elk geval is Ricky een schoon mens, zo een waarvan er meerdere zouden moeten zijn. Hij belt zijn halve adressenlijst op om een trui aan een dakloze man te bezorgen. Iemand die na enkele weken een van zijn goed vrienden geworden is, simpelweg door hem een “you are valued” kaartje te geven. Want dat doet Ricky, kaartjes uitdelen aan mensen met zij slogan op, om hen te vertellen dat hij waardeert wat ze doen. Hij leert jongeren over waardering en hoe ze dat zelf kunnen tonen. Daar is hij dag en nacht mee bezig. Mij doet hij regelmatig stilstaan bij het feit
dat waardering aleens geuit mag worden. Dat het fijn is om horen dat een ander je ziet. Dat ik misschien al eens vaker mag zeggen dat ik mijn moeder haar kuisen waardeer, het eten op mijn bord of de kansen die ik krijg. Maar vooral dat ik u waardeer. Ik ben tenslotte, uw grootste fan.

20131022-202950.jpg

Paniek in den Ameriek.

Land in rep en roer, “shutdown” klink het overal. Paniek en sla alvast uw blikken bonen en maïs in. Want ja, we gaan er wellicht allemaal aan. Ik volg niet helemaal want televisie en internet bereiken mij slechts sporadisch. Maar dat het te maken heeft met de Obama care, tot dusver kan ik volgen. Godbetert dat de rijke Amerikaan zou meebetalen voor de ziekteverzekering van de arme luis. Shutdown dus. Waardoor mijn bezoek aan Alcatraz meteen in het water valt want alle federale diensten liggen plat. En dat is behoorlijk rampzalig voor een land dat financiële steun krijgt van China omdat de hele economie anders in elkaar zakt. De dollar blijkt immers minder stabiel dan gedacht en de gemiddelde bewoner van Sebastopol is ervan overtuigd dat het einde nu toch wel in zicht komt. Dag dollar, dag wereldeconomie, investeer uw gewicht alvast in zilver. Maar er wordt toch ook tevreden gemompeld dat “den Bammie” tenminste voor zijn overtuigingen opkomt. Hoera! Een president die doet wat er van hem verwacht wordt!
Ik blijf een verwarde Europeaan. Is den Bammie nu ok? Of een wolf in schaapskleren? Moeten we staan juichen voor Obama care of bang in onze handen wringen omdat het opnieuw een spel is dat gespeeld wordt door de verzekeringsbedrijven, multinationals en medische sector? Want niemand lijkt hier nu juist te weten wat die Obama care nu juist inhoudt. “Verzekering voor iedereen, of zoiets” is het standaard antwoord wanneer ik om verduidelijk vraag. Amerikaanse websites bieden evenmin verduidelijking. “Dat is zijn tactiek”, wordt er gefluisterd. De burger te weinig informatie bieden, tot de wetten gestemd worden. Het is nogal iets he, daar in Amerika. Over een ding zijn ze het alvast allemaal eens: dienen shutdown dat is ongehoord. De vorige was zeventien jaar geleden en toen veranderde de helft van de toenmalige politiekers begot van kant. Er moet dus snel een oplossing gevonden worden. Amerika is blut en besluitloos, niet dat ik veel kennis van zake heb maar dat lijkt mij allicht een nefaste combinatie. Ik doe mijn best om de economie hier alvast draaiende te houden. U kent mij, ik offer mij op voor het goed van de gemeenschap. Maar ze mogen nu wel stoppen met onnozel doen, een land zonder regering dat is behoorlijk vorig jaar.

Nog zo iets, die paniek wanneer mensen het over de shutdown hebben. Ik glimlach schoon en zeg dat wij in Belgium eens ne keer meer als een jaar geen regering gehad hebben. Dat waren nogal eens toeren meneer! De paniek wordt er niet minder op, ik vermoed dat menig Amerikaan de afgelopen dagen aan een schuilkelder is begonnen. Mijn lief doet daar tot nogtoe niet aan mee. Heb ik weer. De enige rationele Amerikaan in het dorp. Ik kijk toch alvast maar uit naar bulkaanbiedingen. Ge weet maar nooit he. Maar geen bonen. Nooit meer bonen.

XoXo

20131007-153526.jpg

Hellaaaaaaa duuuude.

“Woah that’s hella-sweet dude!” Ik giechel me hier een maagbreuk want echt, whaddup met die Amerikaanse taal? Gisteren gingen we uit eten in een van de hipste restauranten van het dorp. Meteen ook mijn eerste keer in een ‘booth’. Geen laars maar een hoektafel met zetel. Ge kent dat wel, gelijk in Grease. Na een halfuur heb ik nog geen woord gezegd. Mijn verwarring moet duidelijk zichtbaar zijn want ons gezelschap vraagt me of alles wel in orde is. Waarop ik moet bekennen dat ik misschien toch geen Engels spreek, gezien ik van het afgelopen halfuur niets van de gevoerde conversaties had begrepen. “Dat is niet zo vreemd want we verzinnen de helft van onze woorden zelf”, zo klinkt het. Er blijkt een hele taal vast te hangen aan deze subcultuur, wat vanuit antropologisch standpunt ontzettend boeiend moet zijn maar mij helaas niets wijzer maakt. Waarop het gesprek zich meteen haat focussen op taal. Want ik spreek dan wel Engels, taal is meer dan dat. Dat blijkt bijvoorbeeld tijdens een van mijn yoga lessen wanneer de lesgeefster me vraagt wat ik van de les vond. Goudeerlijk als ik ben zeg ik haar dat ik me behoorlijk stom voel wanneer ik de houdingen niet uitgevoerd krijg maar dat het me helpt ontspannen. Ze kijkt me een beetje verbaasd aan en zegt me dat ik veel te hard ben voor mezelf, ik deed het namelijk heel goed. Mijn lief leek al net zo geschokt van mijn uitspraak. “Wat zeg je nu van jezelf?”, vraagt hij me. Ik snap niet zo goed wat het probleem is want ik bedoelde het helemaal niet zo dramatisch. Ik vind mezelf toch helemaal niet dom, ik voelde me enkel onnozel. Oef, onnozel is oké. Van jezelf zeggen dat je je stom voelt is echt not done en dan lijkt het alsof je een ontzettend laag zelfbeeld hebt. Onnozel mag dan wel weer. What’s in a name nietwaar? Naar Amerikaanse maatstaven ben ik dus een tikkeltje té eerlijk. Soit, dat ben ik naar Belgische maatstaven misschien ook wel.

Om maar even te melden dat ik het verwonderlijk vind dat ik hier toch nog zoveel taalbarrieres ontdek. Dat ik dat in Guatemala zou hebben, waar ik de taal aanvankelijk niet sprak, had ik verwacht. Maar opgegroeiend met mijn neus in Engelstalige boeken had ik gedacht dat ik de taal wel beheerste. Ik zal er nog wat “duuuuuudes” en “hellaaaaa’s” moeten tussen smijten me dunkt. Er is nog wat werk aan.

Manneke, dat reizen dat is nogal eens iets he zeg. Ik ben hier de continenten aan het afgaan dat het gene naam heeft. Mijn moeder gaat het vreselijk vinden maar ik hoop dat ik dit kan blijven doen. Ik ben totaal over mijn alleen reizen stresske heen trouwens. Hoewel het werk en het stadje top zijn kijk ik er nu al naar uit om te gaan roadtrippen. Tot zolang ben ik tevreden met de koffiebars met live jazzzz. Za-lig.

XoXo

Zeg nooit nooit.

Het is eigenlijk aandoenlijk hoe ik steeds weer denk “dit ga ik echt nóóit meer doen”. In mijn eigen valkuilen lopen bijvoorbeeld. Of pindakaas en choco mengen op dezelfde boterham. Belachelijk veel geld uitgeven aan een paar schoenen. Of de halve rommelmarkt leeg kopen voor tien euro. Elke keer opnieuw herhaal ik mezelf, om er meteen een “maar dit doe ik echt nóóit meer” op te laten volgen. De enige die mijn “nooit meer” nog serieus neemt ben ik waarschijnlijk zelf.
Me druk maken in de luiheid van anderen bijvoorbeeld, me frustreren in mijn eigen grenzen. Mira zingt het schoon: “Grenzen zijn voor mensen die niet weten waar naartoe”. Pijnlijk waar. Hoewel ik dacht dat ik mijn grenzen achtergelaten had in een jungledorp in Guatemala bleek niets minder waar. Ook hier bots ik op mezelf. Dat ik niet snel genoeg ben, niet lenig genoeg, of dat mijn Engels toch nog wat mankementen kent. Miljaardedju ik ging mij nooit meer zo opboeien in mijn eigen grenzen. Ik ging mezelf ruimte geven om te groeien en te leren. Ik ging nooit meer. Wel dus. Want het is hier van nieuwe dingen leren, op uw hoofd staan in de yogales met de elegantie van een panda met aambeien, organisch en gluten-vrij koken, alles leren over gezonde bodem, composteren, snoeien, oogsten, knippen, drogen en mezelf de beginselen van het muurklimmen eigen maken. “What in the hayyyyyyy?” Te veel hooi dus, wat resulteert in frustraties en het gevoel hebben alles te moeten leren, niets te kunnen en constant op anderen aangewezen te zijn. Zuchten en blazen, aanpakken en doorgaan dus. Maar soms wil ik eventjes een goed pak friet met mayonaise.
Ik blijf zoeken naar wat ik wil worden en wil doen. Op dit moment hou ik het bij rentenieren, ik Laar het u weten mocht daar verandering in komen.

Ondertussen ben ik ook een keer wezen klimmen. Meteen ook tot de conclusie gekomen dat mijn armspieren onbestaande zijn maar dat dit niet wil zeggen dat ze geen hele week zeer kunnen doen. Klimschoenen zijn niet comfortabel. Als in: echt wel auw. Mijn voeten staan vol bleinen maar eigenlijk vond ik het wel echt tof. Enkel nog over mijn hoogtevrees geraken. Dat omhoog geraken is niet echt een probleem, dat naar beneden komen daarentegen… Maar soit er wordt aan gewerkt. Verder had ik ook een zeer luide giegel-uitbarsting in een doodstille yogazaal. De houding “happy baby” was daar de aanleiding voor, samen met de oudere dame naast mij. Tot slot moet ik nog steeds wennen aan het hele chakra-gedoe en drie ogen en de energie langst uw staartbeen en uw hemeloog laten stromen. Whatever that may be.

XoXo

Zeg, hoeist?

Ik ben ondertussen ongeveer een week toerist op Amerikaanse bodem. Meer bepaald in Sebastopol, Californië. Na een dag vliegen, inchecken, aanschuiven en meer vliegen kwam ik (drie uur later dan voorzien) aan in San Fransisco.
De pret kon niet op want na vier maanden kon ik ‘den boyfriend’ eindelijk vastpakken. Hij kwam me trouwens ophalen in de pussywagon. Al jaloers? Dat de pussywagon een multifunctionele brooddoos is laat ik even achterwegen. Dat het ‘nen automatique’ is ook. Soit, na het ophalen werd ik afgezet bij een pracht van een huis waar hij een stulpje gehuurd had voor de nacht. Mijn vreugde was groot, het bed zacht en de douche zalig heet. Chocolade en speculaaspasta werden samen met “Dutch for Dummies” en “Nederlands in drie maanden” afgegeven. Kwestie van het noodzakelijke met het aangename te combineren.
Maar bon, ondertussen is me hier al het een en ander opgevallen. Dat Amerikanen knuffelen ter begroeting bijvoorbeeld, of dat ze allemaal uitermate vriendelijk en gedienstig zijn “Hello, how are you?”. Waarop je dan uitermate vriendelijk “fine thanks” antwoord en geïnteresseerd behoort te zijn in hoe het leven van je gesprekspartner verloopt. “Fine thanks, how are you?” Altijd. Overal. Benzinepomp, restaurant, vrienden, familie, mensen op straat. Mensen begroeten gebeurt met een knuffel, ook dat past allemaal in het plaatje van de joviale Amerikaan.
Hier lijkt dat ‘persoonlijke’ erg belangrijk, vreemden worden even uitbundig begroet als oude vrienden, bij het leveren van een dienst is de persoonlijke benadering minstens even belangrijk als de dienst zelf. De supermarkt is daar een mooi voorbeeld van. Rondlopen en rustig kijken is moeilijk, gezien er om de twee meter wel een medewerker komt vragen hoe het met je gaat en of je alles wel goed kan vinden. Aan de kassa is het om ter eerste vragen hoe het met de ander gaat. Tot slot pak je je boodschappen niet zelf in, neen de professionele boodschappeninpakker doet dat voor je. Om dan meteen ook even te vragen hoe het met je gaat. Persoonlijk vind ik dat behoorlijk taxerend, ik overweeg een t-shirt te laten maken met het opschrift: “I’m fine thanks, how are you?”.
Sebastopol blijkt en stad vol New-Age hippies en zweverige types. Alles is er biologisch, zelf gekweekt en milieuvriendelijk. Iedereen lijkt rond te lopen in katoenen kledij, lange rokken, harembroeken en ergonomische sandalen. De mallerds. Ik had trouwens een eerste kennismaking met Yoga. Er kwamen behoorlijk wat neerwaartse honden, foetale houdingen en chakra’s aan te pas maar ik heb het overleefd. Hoewel ik mijn best moest doen niet te giechelen wanneer het ging over ‘bevrijdende energiestromen’, het wegnemen van ‘innerlijke blokkade’s en het trainen van ‘kegelspieren’ was het een fijne ervaring. Afgezien van de spierpijn de dag erna dan, ik had geen idee dat ik zoveel spieren gebruikte bij het simpelweg in de lucht steken van mijn kont. Nu ja, zo ‘simpelweg’ bleek het nu ook weer niet. Yoga is werken.
Buiten het trachten te perfectioneren van mijn neerwaartse hond vul ik mijn dagen met lezen. Game of Thrones, jawel ik kan het niet laten. Maar ik leer ook voor planten zorgen. Zoals water geven, bespuiten tegen ziektes, het mengen van voedingsstoffen, het verwijderen van overtollige bladeren eeeeeeenzoverder. Trouwens allemaal ecologisch spul dat er gebruikt wordt. Het blijft tenslotte Sebastopol. Trouwens wel zalig hoor, zo uw eigen tomaten enal gaan plukken in de tuin.
Ik tackelde ook het huis met ecologisch kunstmiddel. Want ge kent dat hè “ne vent alleen”. Nee in een huis dat eigenlijk je werkplek is en tot voor kort met allerhande mensen gedeeld werd is netheid duidelijk geen prioriteit. Om niet te zeggen onhaalbaar. Maar zo één keer om de tien jaar mag er wel eens degelijk gekuist worden dus hield ik een geweldige ‘herfstschoonmaak’. Spik, span en huiselijk. Hoezaaa!
Verder kocht ik een boek over rondbreien. Geniaal plan van mezelf om dat in het Engels te doen. Ik snap er dus geen hol van en ben naarstig op zoek naar een breiclubje. Nu ja, een uitdaging mag er zijn.

Voilà, u bent weer mee. Veel boeiends is het niet, dan ga ik nu sapjes maken. “Cleansing” enal, ik ben hier aan het integreren.

Miek in den Ameriek

Maandag is het zo ver: drie maanden Amerika. Dat heeft vermoedelijk weer blogposts tot gevolg dus maak ik uit voorzorg een nieuwe categorie aan: Miek in den Ameriek. Ach de woordmopjes, ik kon het niet laten. Het zijn al geen Maya’s meer, dat is al iets. Ik zal hier waarschijnlijk Astrid Bryan-gewijs, af en toe met een engels woord ertussen gesmeten, vertellen over mijn avonturen met mijnen boyfriend in Californië. Als ik die 15-uur durende vlucht tenminste overleef. Grutjes. Gelukkig staan er boeken op mijn Ipad. En zombiespelletjes. Plants vs Zombies, een heuse aanrader mijn beste vrienden! Tips, tricks, boeken, vragen of leuke weetjes zijn altijd welgekomen.

XoXo